Net als bij discussies over waterkwaliteit en stikstofdepositie, is het hoog tijd om ook voor broeikasgasemissies de grootte van de veestapel in vraag te stellen.

Landbouwemissies in het VEKP: recyclage van het gênant convenant

Net als bij discussies over waterkwaliteit en stikstofdepositie, is het hoog tijd om ook voor broeikasgasemissies de grootte van de veestapel in vraag te stellen.

Het VEKP geeft de landbouwsector een gratis ritje. Het neemt genoegen met gekende maatregelen waarvan de effectiviteit al lang ter discussie staat. Nieuwe actie wordt gemeden. Het aantal runderen tot een optimum brengen via meer grondgebonden systemen was nochtans de evidente opdracht. De methaanuitstoot is zo een onderbelicht probleem dat de sector als een zwaard boven het hoofd blijft hangen.

Veel blabla, weinig boemboem

De landbouwsector staat voor een enorme opdracht. De veehouderij levert 6% van de totale broeikasgasemissie in Vlaanderen. Daarbij is methaan verantwoordelijk voor de helft: het heeft een opwarmend vermogen van wel 28 keer dat van CO2, maar heeft ook een veel kortere levensduur. Minder methaan uitstoten heeft dus meteen effect. Minister Demir heeft dan ook de ‘Global Methane Pledge’ ondertekend. Echter, op dit moment haalt Vlaanderen dat engagement om 30% methaan te reduceren tussen 2020 en 2030 absoluut niet. Dit valt voor een deel op het conto van de energie- en afvalsector, maar de landbouw is de enige sector waar de absolute emissies in 2020 een stijgende trend vertonen, vooral door de veeteelt. De landbouwsector is sinds 2019 de nieuwkomer in de top 3 van grootste niet-ETS broeikasgasuitstoters. Het VEKP zou deze sector dus als ‘brandhaard’ moeten bekijken. Het nieuwe VEKP bevat voor landbouw echter een lange maar ondoeltreffende lijst maatregelen.

De vermindering van (enterisch) methaan uit vertering bij runderen en aangepaste mestopslag en -gebruik krijgt een rol. Qua veestapelbeheer beschrijft het plan de Programmatorische Aanpak Stikstof - PAS. Verder moeten precisielandbouw en juiste bemesting de uitstoot van lachgas verlagen. Het VEKP mikt ook op de positieve effecten van het sluiten van kringlopen en energiemanagement in serres en op het Vlaams Landbouw- en investeringsbeleid.



Ondanks die lijst is het VEKP wat landbouw betreft toch maar een mager beestje. Een ketenbenadering met een integrale visie op landbouw en voeding was aangewezen maar werd niet gebruikt. Het effect van het Vlaams Landbouw- en investeringsbeleid is hoogst onzeker, zoals het milieueffectenrapport van het GLB al stelde. 

Geen cijfers? Geen overtuigingskracht.

Bovendien onderbouwt de Vlaamse regering het plan niet degelijk. Men wil bvb. lachgasemissies beïnvloeden maar is er geen meting of doelstelling. Verder stoelt de veestapelreductie enkel op aannames. Zo pakt het PAS enkel stikstof aan, niet de uitstoot van broeikasgassen. De veestapel zou dan weer krimpen door de dalende vleesconsumptie. Gezien een aanzienlijk deel van de productie naar het buitenland gaat, zal de groeiende plantaardige eetgewoonte van de Vlaming helaas een klein effect hebben. Zachte heelmeesters maken stinkende wonden: laks beleid rond de veestapel maakt de klimaatuitdaging voor de landbouwsector alleen maar moeilijker op langere termijn.

Recyclage van het gênant convenant

Voor methaan, dat bijna de helft van de broeikasgasemissies van de landbouwsector op zich neemt, steunt het VEKP op het ‘Convenant enterische emissies rundvee (CEER)’. Dit convenant zet de agrosector aan om de uitstoot door, zeg maar, koeienboertjes met 19% te doen dalen tegen 2030 (t.o.v. 2005). Het CEER uit 2019 is ontoereikend en onzeker. Zo voorziet het subsidiebeleid een methaanreducerend voederadditief en (langzame) genetica, opnieuw end-of-pipe oplossingen zonder garantie. Bovendien zijn de doelen in dit aangepaste VEKP niet verhoogd ten opzichte van 2019. In het beste geval gaat het gratis ritje nog tot zeker 2026 door, in het slechtste geval nog langer.

De hete patat is natuurlijk het veel te hoge aantal herkauwers in Vlaanderen. En daar lezen we geen letter over in het VEKP.

Nood aan heldere visie en scherpe doelen

Net als bij discussies over waterkwaliteit en stikstofdepositie, is het hoog tijd om ook voor broeikasgasemissies de grootte van de veestapel in vraag te stellen. Enkel een coherente aanpak van álle problemen staat landbouwers toe bedrijfsstrategieën te kiezen en langetermijn investeringen te doen renderen. Anders betalen we allemaal driedubbel: én via publieke landbouwsubsidies, én bij aankoop van voeding, én via flankerend beleid op nieuwe crisismomenten. 

De definitie van waanzin, zei Einstein? Telkens hetzelfde doen en hopen op een andere uitkomst. Het plan steekt voor landbouw de kop in het zand. Wat hadden we wel verwacht? Een visie die grondgebondenheid en agroecologie omarmt en de milieugebruiksruimte respecteert. Een plan met ‘SMART’ doelen: precies, meetbaar, met een timing, maatschappelijk acceptabel én realistisch. 

Een sector die 10% van de uitstoot levert, verdient geen gratis ritje, wel een behendige bestuurder.

Ontdek onze +200 voorstellen voor een sociaal rechtvaardig klimaatbeleid

Klimaatbeleid

Meer over Klimaatbeleid