Foto Michael Gaida

Brandstoffen op basis van plastic: slecht idee

Foto Michael Gaida

Donderdag kwam Europa tot een akkoord rond de hernieuwbare energierichtlijn. Dat akkoord bevat ook beslissingen rond energiewinning uit afval. Positief is dat er voor afvalverbranding geen hernieuwbare energiesubsidies meer mogen uitgedeeld worden. Maar negatief is de mogelijkheid om brandstoffen afkomstig van plastic mee te tellen bij de verplichte doelstellingen voor ‘geavanceerde brandstoffen’ in transport. Zo neemt de richtlijn een stimulans weg om in te zetten op de preventie en recyclage van plastic.

Wat is er beslist?

Kort gesteld zullen lidstaten hun hernieuwbare energiebeleid en de daarin opgenomen ondersteuningsmechanismen moeten aanpassen aan de principes van de afvalhiërarchie. Daarnaast moeten ze hun selectieve inzamelverplichtingen in lijn brengen met de afvalwetgeving, die eerder dit jaar een update kreeg.

Dat betekent dat er voor afvalverbranding geen hernieuwbare energiesubsidies meer mogen uitgedeeld worden. De uitbaters van de afvalverbrandingsoven in het Brussels Gewest, waar groenestroomcertificaten nog steeds van toepassing zijn, lezen de nieuwe Europese wet dus best eens grondig na.

Gevaar voor de circulaire economie

Opmerkelijk ‘detail’: brandstoffen voor transport op basis van vast afval of van niet-hernieuwbare afkomst (zoals plastics) zijn opgenomen in de definitie van ‘recycled carbon fuels’. Dat betekent dat men ze, net zoals biobrandstoffen en hernieuwbare elektriciteit, kan beschouwen als een zogenaamde ‘geavanceerde brandstof’.

Omdat lidstaten volgens de wetgeving minstens 7% van hun energie voor transport uit dergelijke bronnen moeten halen, zouden zij de brandstofleveranciers kunnen verplichten om een minimumaandeel op plastic gebaseerde brandstoffen op de markt te brengen.  

Dat roept nare herinneringen op aan de problemen rond biobrandstoffen, en is allerminst in lijn met de EU Plastics Strategy die de Europese Commissie eerder dit jaar publiceerde, noch met het pakket circulaire economie van enkele jaren terug.

Belangrijke maatregelen om plasticvervuiling terug te dringen, komen op die manier in gevaar. De nieuwe richtlijn neemt elke stimulans weg om volop in te zetten op de preventie en recyclage van plastic. Als plastic toch wordt omgezet in brandstof, waarom zouden producenten nog pogingen ondernemen om de plastics die vandaag moeilijk te recycleren zijn, anders en beter te ontwerpen?

Luchtkastelen in Antwerpen

Dit is een reëel gevaar. Nu al aast de Haven van Antwerpen op het Noors-Zwitserse Quantafuel om een fabriek te vestigen die plastic zal omzetten in brandstof. Hoofdzakelijk diesel, maar ook benzine en zware brandstof.

In De Tijd werd dit project ter waarde van 65 miljoen euro verkeerdelijk bestempeld als recyclage. In realiteit heeft verbranding niets te maken met recyclage. Want naast de CO2-uitstoot die verbranding met zich meebrengt, zullen de verbrande plastics gewoon vervangen worden door nieuwe op petroleum gebaseerde plastics.

Beleidsmakers: neem je voorzorgen

Dat betekent een hoge CO2-uitstoot én een verlies aan grondstof. Verder van een hernieuwbare, low-carbon en circulaire economie kunnen we moeilijk gaan. Bovendien is het een erg energie-intensief en duur proces. Daarom roept Bond Beter Leefmilieu de Europese en Belgische beleidsmakers op om voldoende voorzorgsmaatregelen te nemen zodat geen steun verleend wordt aan op plastic gebaseerde brandstoffen.

Biomassa & biobrandstoffen Plastics

Meer over Biomassa & biobrandstoffen, Plastics