© Mika Baumeister 

Het historisch klimaatvonnis is er. En nu?

© Mika Baumeister 

Groot nieuws voor iedereen die zich inzet voor het klimaat: gisteren veroordeelde de Franstalige rechtbank van eerste aanleg in Brussel de Belgische overheden collectief voor hun nalatige klimaatbeleid. Een historisch vonnis. En terecht, want ons land doet al jaren veel te weinig voor het klimaat. Maar wat betekent dit nu concreet? Is alles hiermee opgelost?

Even terugspoelen naar 2014: toen werd de Klimaatzaak officieel gelanceerd. Maar liefst 62.000 Belgen sprongen mee op de boot en werden mede-eisers. België was daarmee het tweede land wereldwijd waar een klimaatzaak werd opgestart, na Nederland. Toch hebben we 7 lange jaren op de uitspraak moeten wachten. Hoe dat kwam? Toenmalig Vlaams minister voor Leefmilieu Joke Schauvliege tekende beroep aan tegen de beslissing om de gerechtelijke procedure in het Frans te voeren. Zoiets kan alleen in België. Maar de uitspraak is er nu eindelijk: de rechter oordeelde dat de Belgische overheden nalatig zijn geweest in hun klimaatbeleid en dat het Belgisch milieubeleid de wettelijke zorgplicht en de mensenrechten schendt.

3 x historisch

Het uitvoerige vonnis (83 bladzijden!) is op drie vlakken historisch. 

  1. Niet alleen de klacht van de vzw Klimaatzaak, maar ook van alle mede-eisers werd ontvankelijk verklaard. Met deze ontvankelijkheid voor burgers schrijft de rechtbank geschiedenis op wereldvlak: voor het eerst is er erkenning van het feit dat wij rechtstreeks, persoonlijk, een reëel risico lopen.
  2. Het vonnis stelt bovendien dat de federale staat en de drie gewesten gezamenlijk én individueel verantwoordelijk zijn, en dit ondanks onze complexe Belgische staatsstructuur. Het gaat meer specifiek om de verplichting uit het Burgerlijke Wetboek om op een maatschappelijk zorgvuldige manier te handelen en voorzienbare ernstige klimaatschade te voorkomen. 
  3. Het vonnis stelt ook vast dat onze overheden met het huidige ondermaatse klimaatbeleid, de artikels 2 en 8 van het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens schenden. Die artikels gaan over het ‘recht op leven’ en het ‘recht op eerbiediging van privé-, familie- en gezinsleven’. Daarmee zegt de rechter: het is een mensenrecht om gevrijwaard te blijven van gevaarlijke klimaatopwarming en staten hebben de verplichting om dat mensenrecht te beschermen. Het gaat hier om het meest fundamentele mensenrecht, namelijk het recht op leven. 

Het laatste woord is hierover nog niet gezegd: de reductiedoelstellingen ontbreken.

CO2 verminderen. Maar hoeveel?

Een duidelijk vonnis dat onze beleidsmakers niet kunnen negeren? Wel, technisch gezien kunnen ze dat helaas wel. De rechtbank ging namelijk niet mee in de eis van De Klimaatzaak om concrete reductiedoelstellingen op te leggen. Zij vroegen dat ons land in 2025 minstens 42% minder broeikasgassen zou uitstoten, en in 2030 minstens 55%. Dit is in lijn met wat het internationale panel van wetenschappers van de Verenigde Naties stelt: wereldwijd moeten we onze wereldwijde uitstoot aan broeikasgassen tegen 2050 naar nul herleiden als we de opwarming van de aarde willen beperken tot maximum 2 graden en liefst zelfs tot 1,5 graad. De wereldgemeenschap (en dus ook ons land) engageerde zich voor deze doelstellingen via het klimaatakkoord van Parijs (2015).

Het laatste woord is hierover nog niet gezegd: gesterkt door recente vonnissen van de hoogste rechtscolleges van Duitsland en Nederland, die in soortgelijke zaken ambitieuzer klimaatbeleid oplegden, tekent de VZW Klimaatzaak beroep aan tegen het vonnis. Tegelijkertijd spant ze ook een zaak aan bij het Hof voor de rechten van de mens in Straatsburg. Om nieuwe vertragingen bij het Brusselse gerecht te vermijden.

Het is niet omdat je hier een fietspad legt en daar een windmolen bouwt, dat je de CO2-uitstoot voldoende naar beneden haalt. Klimaatbeleid is een kwestie van cijfers en samenhang. 

Belangrijk politiek signaal

Het politieke signaal van dit vonnis valt echter niet te negeren. En kan wel eens doorslaggevend zijn. Onze overheden kregen een duidelijke boodschap: beleidsvrijheid van regeringen en ministers stopt waar de rechten van burgers, en de rechten van onze kinderen en kleinkinderen, dreigen geschonden te worden. We komen in een tijdperk waarin we steeds bewuster zijn over de negatieve gevolgen van klimaatverandering (droogte, watertekorten, mislukte landbouwoogsten, orkanen, biodiversiteitsverlies, …). Een tijd waarin het niet meer geduld wordt om je verantwoordelijkheid op klimaatvlak naast je neer te leggen. Dit geldt niet alleen voor overheden, maar ook voor bedrijven en energieproducenten. Vorige maand oordeelde de Nederlandse rechtbank bijvoorbeeld dat Oliebedrijf Shell de CO2-uitstoot die het veroorzaakt drastisch naar omlaag moet brengen. Deze uitspraak was wereldwijd een unicum, want nooit eerder verplichtte een rechtbank een groot oliebedrijf tot meer actie tegen de uitstoot van broeikasgassen. Het zet een precedent voor de hele olie-industrie.

Sinds de Belgische Klimaatzaak opgestart is, hebben gelijkaardige rechtszaken in het buitenland ook  tot ophefmakende uitspraken geleid. Zo was er de Nederlandse klimaatzaak van de actiegroep Urgenda. Maar ook in Frankrijk daagden enkele ngo’s, waaronder Greenpeace en Oxfam, in februari de overheid voor de rechter omdat die haar eigen traject voor uitstootreductie niet gevolgd had. Ook zij kregen gelijk. En in Ierland wonnen Friends of the Irish Environment hun zaak tegen de Ierse overheid.

Het succes van Nederland

In Nederland betekende de klimaatzaak van Urgenda in ieder geval een groot succes. De rechter droeg Nederland op om zijn burgers te beschermen tegen de gevolgen van klimaatverandering en de uitstoot van broeikasgassen in 2020 met 25% te verminderen ten opzichte van 1990. De impact van de zaak op het Nederlandse beleid was aanzienlijk. In antwoord op de Klimaatzaak coördineerde Nederland een indrukwekkend stakeholderproces en werkte met zowel middenveld en experten als industrie een ambitieus en goed doorgerekend klimaatplan uit dat ze nu volop aan het uitvoeren zijn. 

Het huidige Belgische klimaatplan bestaat uit een incoherent samenraapsel van de afzonderlijke plannen van de gewesten en het federale niveau, zonder afstemming, zonder doorrekening. Terwijl klimaatbeleid een kwestie van cijfers en samenhang is: het is niet omdat je hier een fietspad legt en daar een windmolen bouwt, dat je de CO2-uitstoot voldoende naar beneden haalt.

We hebben nood aan een visionair, gedurfd en goed gecoördineerd klimaatbeleid dat focust op de emissies van ons transport, gebouwenverwarming, landbouw en de uitbouw van hernieuwbare energie. Dit zijn immers de grootste uitstoters binnen de sectoren waar ons land zelf voor verantwoordelijk is (de zware industrie en energieproductie worden in Europa door het Emissions Trading System (ETS) geregeld). In plaats van stapsgewijze verbeteringen moet er nu systeeminnovatie komen. 

Een rechtszaak zou niet nodig mogen zijn om dit te realiseren. Een doeltreffend klimaatbeleid houdt namelijk tal van andere voordelen in. Het zijn de regio’s in Europa die een sterk klimaatbeleid voeren, die jobs creëren en nieuwe, innovatieve bedrijfsactiviteit aantrekken. En op de koop toe geven ze hun burgers schone lucht, proper water en een zuivere bodem.

Klimaatbeleid

Meer over Klimaatbeleid